Het comité ‘Niet Hier’ legt zich niet neer bij de oprichting van een Holocaust Namenmonument langs de Weesperstraat ter hoogte van de Hoftuin. Dat heeft Eric Matser, initiatiefnemer van het comité, half september verklaard in een vergadering van het Plantage Weesperbuurt Overleg (PWO). Zijn bezwaar geldt niet het monument als zodanig, maar de plek langs de Weesperstraat, die hij om meerdere redenen volstrekt ongeschikt noemt.
De groenstrook langs de Weesperstraat werd vorig jaar door de Amsterdamse gemeenteraad aangewezen als meest geschikte plek voor het in opdracht van het Auschwitz Comité te plaatsen ‘monument ter nagedachtenis van de Nederlandse slachtoffers van de Holocaust’. Dit gebeurde na felle protesten vanuit de buurt tegen plaatsing van het monument in het Wertheimpark, de eerste voorkeur van het Auschwitz Comité.
In een inmiddels door ruim zestig buurtbewoners ondertekende petitie somt Matser een aantal argumenten tegen de nu gekozen plek op. Hij noemt de drukke Weesperstraat ongeschikt voor een stille gedenkplaats, stelt dat de noodzaak om ter plekke op één na alle bomen te kappen in strijd is met de geplande vergroening van de Weesperstraat en constateert dat de buurt ten onrechte niet bij de besluitvorming is betrokken. Een belangrijk argument is wat hem betreft ook het feit dat UNESCO de Amsterdamse grachtengordel in 2010 op de werelderfgoedlijst heeft geplaatst. Een reusachtig monument zoals nu gepland zal in die historische omgeving naar zijn mening te veel detoneren.
Tijdens de PWO-vergadering kondigde Matser aan dat zijn comité in eerste instantie gebruik zal maken van de mogelijkheid om bij de gemeente Amsterdam bezwaar aan te tekenen tegen het verlenen van een omgevingsvergunning voor de oprichting van het monument langs de Weesperstraat. In zo’n vergunning wordt geregeld aan welke voorwaarden op het gebied van onder meer milieu, veiligheid, ruimtelijke ordening en bouwtechnische aspecten een te bouwen object moet voldoen. Inmiddels heeft de gemeente op 28 september een kennisgeving van de aanvraag gepubliceerd. Lees hier.
Mocht dat bezwaar niet worden gehonoreerd, dan zei Matser niet te zullen aarzelen om naar de rechter te stappen met het verzoek om de oprichting van het Namenmonument te verbieden op basis van de gebrekkige manier waarop de inspraakprocedure door de gemeente is georganiseerd. Ook heeft hij het Parijse hoofdkwartier van UNESCO inmiddels ingelicht over de op handen zijnde aantasting van het cultureel erfgoed in de oostelijke binnenstad van Amsterdam.